Naar inhoud springen

Okergele korrelhoed

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Okergele korrelhoed
Okergele korrelhoed
Taxonomische indeling
Rijk:Fungi (Schimmels)
Stam:Basidiomycota (Steeltjeszwam)
Klasse:Agaricomycetes
Onderklasse:Agaricomycetidae
Orde:Agaricales (Plaatjeszwam)
Familie:Incertae sedis
Geslacht:Cystoderma
Soort
Cystoderma amianthinum
(Scop.) Fayod (1889 [1])
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Schimmels

De okergele korrelhoed (Cystoderma amianthinum) is een schimmel behorend tot het geslacht Cystoderma. Hij leeft saprotroof op humeuze grond, soms op ruw strooisel, vaak tussen mossen. Het is een kleine, parasolachtige paddenstoel met een okergele tot bruinachtige, fijnkorrelige hoed. De vruchtlichamen verschijnen meestal tussen augustus en november, bij voorkeur in naaldbossen. De paddenstoel wordt vanwege zijn muffe, aardse geur als oneetbaar beschouwd.

Hoed

De hoed heeft een diameter van 2 tot 4 cm. Aanvankelijk de vorm conisch, dan gewelfd en uiteindelijk plat en stomp gebocheld. Het hoedoppervlak is schilferig of fijnkorrelig tot ruw, vaak radiaal gerimpeld tot gerimpeld met de leeftijd. De hoed is lichtgeel tot okergeel of geeloranje gekleurd. De rand is scherp en vaak bedekt met velumresten in jonge vruchtlichamen.

Lamellen

De lamellen zitten breed of nauw aan de steel gehecht en kunnen met een tandje naar beneden lopen. Ze staan nauwelijks vol en zijn aanvankelijk wit en later crèmekleurig tot licht okerkleurig.

Steel

De steel is 4 tot 6 cm lang en 0,2 tot 0,6 cm breed. De vorm is cilindrisch. De steel is slank, hol en okergeel gekleurd, vergelijkbaar met de hoed, en draagt een oplopende, schilferige en vaak onduidelijke ring. Van de voet tot de ring is het oranjebruin en grof geschubd tot korrelig, boven de ring is het crèmekleurig en bruinachtig in de loop der jaren.

Geur en smaak

Het vruchtvlees is dun en lichtgeel, meer oranjegeel in de steelschors. Het ruikt vaak onaangenaam aards en is zelfs niet lekker als het wordt gekookt, maar de paddenstoel is niet giftig.

Sporenprint

De sporenprint is crèmekleurig.

Microscopische kenmerken

[bewerken | brontekst bewerken]

De sporen zijn elliptisch, 5-7,5 × 3-4 μm groot en niet ingesprongen op de steel (apiculus). Ze zijn amyloïde, wat betekent dat ze kunnen worden gekleurd met een jodiumoplossing. Er zijn geen cystidia op de lamellen en lamelsneden. De hoedhuidelementen worden roestbruin in KOH.

De okergele korrelhoed komt bijna wereldwijd voor. Hij komt voor van Zuid-Amerika (Zuid-Argentinië) tot Canada en Groenland. Hij is ook wijdverbreid in Noord-Afrika (Algerije, Marokko), Azië (van Georgië tot Japan en China) en Europa. In Europa komt hij voor van Griekenland tot IJsland en van Spanje tot Oekraïne en Wit-Rusland.

In Nederland komt hij zeer algemeen voor. Hij staat niet op de rode lijst en is niet bedreigd.[2]